Een heel hoge prijs van EUR 628.000,- voor de ontbinding van de arbeidsovereenkomst!


Foto bij Een heel hoge prijs van EUR 628.000,- voor de ontbinding van de arbeidsovereenkomst!

Op 24 april jl. sprak de kantonrechter te Haarlem de ontbinding uit van de arbeidsovereenkomst waar een wel heel hoog prijskaartje werd verbonden. De werkgever in kwestie werd ernstig verwijtbaar handelen verweten en moest daar – naast de wettelijke transitievergoeding – een billijke vergoeding voor betalen van ruim 6 ton EUR!

Wat was er aan de hand
Werknemer (geboortejaar 1959) is op 15 juni 1983 in dienst getreden bij deze werkgever. Laatstelijk vervulde hij de functie van Senior Projectmanager ICT, met een salaris van € 6.637,50 bruto per maand excl. vakantietoeslag en overige emolumenten. Op 23 maart 2017 is de werknemer – als donderslag bij heldere hemel - meegedeeld dat vanuit de Board in Engeland is besloten dat zijn werk naar Engeland wordt verplaatst en dat zijn functie op termijn komt te vervallen. Werkgever heeft niet gemeend een nadere/verdere uitleg te moeten geven en heeft werknemer in het ongewis gelaten. De taken van werknemer zijn hem vervolgens per direct afgenomen. Werknemer heeft zich uiteindelijk ziekgemeld en werkgever heeft de werknemer na de ziekteperiode niet meer tot het werk toe willen laten.

Werkgever heeft na de ziekteperiode bij het UWV een ontslagaanvraag ingediend. Werknemer heeft verweer gevoerd en het UWV heeft de aanvraag van de werkgever op bedrijfseconomische gronden afgewezen. De werkgever vraagt nu ontbinding bij de kantonrechter te Haarlem.

Beoordeling kantonrechter
De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsrelatie en nu partijen het erover eens zijn dat de relatie ernstig verstoord is. Aan de werknemer komt de transitievergoeding toe van EUR 86.022,00 bruto.

Verder is toekenning van een billijke vergoeding op zijn plaats. De werknemer is er van het ene op het andere moment mee geconfronteerd dat hij geen werk meer had. Vanuit de Board in Engeland heeft hierover geen enkele communicatie plaatsgevonden. Toen de bedrijfsarts vervolgens oordeelde dat de werknemer begeleiding zou moeten krijgen om zich te oriënteren op een nieuw toekomstperspectief, heeft de werkgever hierop gereageerd met een op non-actiefstelling. Verder heeft deze werkgever slechts aangestuurd op beëindiging van het dienstverband, waarbij hij bovendien zowel in de UWV-procedure als in het adviestraject in het kader van de WOR – bewust –onjuiste informatie heeft gegeven over de functie van de werknemer.

Bij de berekening van de billijke vergoeding gaat de kantonrechter ervan uit dat de werknemer zonder de ontbinding tot aan zijn pensioen bij de werkgever in dienst zou zijn gebleven. Nu zal hij 29 maanden WW krijgen en daarna wellicht nog enig inkomen (als zzp-er?) ter hoogte van het minimumloon.

Ook lijdt de werknemer pensioenschade. De totale schade komt daarmee op EUR 671.000,-. De kantonrechter brengt daarop de helft van de transitievergoeding in mindering, omdat ook deze vergoeding ziet op te verwachten inkomensschade. Daarmee resteert een billijke vergoeding van EUR 628.000,-.

Conclusie
Of een dergelijke uitzonderlijk hoge billijke vergoeding vaker toegekend gaat worden is te betwijfelen. Dat we evenwel als werkgever zorgvuldig, correct en netjes dienen te handelen daar waar het ziet op de voortduring of beëindiging van de arbeidrelatie mogen helder zijn. Een dergelijke handelwijze van werkgever kan ons inziens ook niet anders dan als ernstig verwijtbaar worden gekwalificeerd.

Bekijk het nieuwsoverzicht