Corona en Kennisdocument WW-premiedifferentiatie
Woensdag 18 maart 2020 heeft het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het Kennisdocument WW-premiedifferentiatie gepubliceerd. Dit document was reeds bekend, echter deze versie kent een aantal aanpassingen als gevolg van de Corona-crisis die inmiddels zijn stevige weerslag heeft op de BV Nederland.
Het betreft een drietal wijzigingen en we benoemen ze onderstaand, daarnaast is het uiteraard volledig na te lezen via bovenstaande link.
Schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
Voorwaarde voor de lage WW-premieafdracht is dat de werkgever in zijn administratie een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft. Werkgevers krijgen tot 1 juli 20201 de tijd om te voldoen aan deze administratieve vereisten voor de lage WW-premie. Dit betekent dat werkgevers tot die tijd de lage WW-premie mogen afdragen, ook als de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (niet zijnde een oproepovereenkomst) nog niet schriftelijk is vastgelegd, of als de arbeidsovereenkomst of het addendum nog niet door beide partijen is ondertekend. In zulke situaties kunnen werkgevers in de loonaangifte over die tijdvakken de indicatierubriek ‘schriftelijke arbeidsovereenkomst’ vullen met ‘ja’. Deze coulance geldt alleen voor arbeidsovereenkomsten van werknemers die voor 1 januari 2020 in dienst zijn getreden; voor andere arbeidsovereenkomsten geldt de coulance niet. Uiterlijk voor 1 juli 2020 dient voor deze werknemers de door beide partijen ondertekende schriftelijke arbeidsovereenkomst of het door beide partijen ondertekende schriftelijke addendum in de loonadministratie aanwezig te zijn en moet daaruit blijken dat de werknemer reeds op uiterlijk 31 december 2019 voor onbepaalde tijd in dienst was. Ook een digitale handtekening volstaat, evenals instemming via de e-mail of in een HR-systeem.
Overwerk (algemeen)
Daarnaast heeft het Ministerie nadere duidelijkheid gegeven over overwerk (onder de Wab).
We citeren:
'Er zijn vragen gekomen over hoe werkgevers moeten handelen bij werknemers die werken op basis van een zogenoemde jaarurennorm (of andere overeenkomsten waarbij de arbeidsduur niet per week of per maand is vastgesteld) en die ook overwerken. Een arbeidsovereenkomst waarin één aantal uren per tijdseenheid van maximaal een jaar is overeengekomen en het recht op loon gelijkmatig is verspreid over de afgesproken tijdseenheid is geen oproepovereenkomst. Tussentijdse uitbetalingen van overwerk bij de zogenoemde jaarurennorm zijn toegestaan zonder dat daarmee de arbeidsovereenkomst een oproepovereenkomst is. De overwerkuren en de betalingen in het kader van overwerk mogen niet worden verrekend met uren of loon later in het jaar. Het overwerk moet dus een aanvulling zijn op de overeengekomen uren en beloning in het kader van de jaarurennorm.'
Overwerk in sectoren die als gevolg van Corona meer uren werken
Meer specifiek ten aanzien van de sectoren waarin nu als gevolg van het corona-virus meer wordt gewerkt (denk aan de Zorg) geeft het Ministerie wat betreft overwerk het navolgende aan:
Mijn werknemers werken veel over in verband met het coronavirus. Moet ik dan de lage WW-premie herzien?
Door het coronavirus kan de bepaling dat werkgevers met terugwerkende kracht de hoge WWpremie moeten afdragen voor vaste werknemers die in een kalenderjaar meer dan 30% hebben overgewerkt (herzieningsgrond b onder vraag 1.13) tot onbedoelde effecten leiden in sectoren waar door het coronavirus veel extra overwerk nodig is (bijvoorbeeld de zorg). Om die reden is besloten deze regeling aan te passen om deze onbedoelde effecten weg te nemen. De minister van SZW zal deze aanpassing, die voor kalenderjaar 2020 zal gelden, zo spoedig mogelijk uitwerken.
Mochten er aanvullend vragen zijn dan zijn wij uiteraard bereik- en beschikbaar.
Bekijk het nieuwsoverzicht